en dan zie ik hem kruipen
over de grond
zijn gefolterd lijf
zonder tanden in z'n mond
afgestraft, afgeblaft
gezakt in een bak vol stront
geen uitweg
vervloekt, gedoemd
onder trappende voeten
nietsontziend, verdiend
in het vuur van verdoemden
zal hij boeten
rauw, maar zonder berouw
verdient de schoft
om te worden platgetrapt